Terug op vaderlandse bodem

Naast ons zijn gisterenavond laat nog twee Deense jachten komen te liggen. We liggen nu dus vijf rijen dik. De Britten willen om 07.15 u vertrekken, niet tot vreugde van de Denen. Nu we de Britten er toch 'tussenuit' moeten laten besluiten we ook direct te vertrekken. We zijn op het idee gekomen naar Delfzijl te varen. Marie-Claire heeft dan maandag een goede treinverbinding naar huis. Ger kan dan dinsdag de Animato ook gemakkelijk bereiken. Bovendien zijn we nog nooit daar geweest. Er staat geen wind. We motoren over de Eems stroom mee met een snelheid van 8 à 9 kn. We komen langs Eemshaven. Geen activiteiten. Alleen omdat het zondag is? Ook komen we langs wat tot voor kort Aldel was.  Als we om 10.30 u met 21 nM op de teller de jachthaven van Delfzijl bereiken breekt er net een onweersbui los. Aan een paar druppels ontkomen we niet, maar als het hoost zitten we binnen. Ik zet weer voet op vaderlandse bodem. In de middag verkennen we het stadje. Wat een deplorabele toestand. In de winkelstraat staat het ene na het andere pand te koop of te huur. Vele zijn leeg of zelfs dichtgetimmerd. Het is veel erger dan ik dacht. We eten aan boord: een bonte verzameling van gerechten die we nog in de koeling hebben. Sintevreetop noemt Marie-Claire dat.